Het dilemma van de tweede arbiter

Noteren-201608-het-dilemma-van-de-tweede-arbiter-01Als er voor een partij twee arbiters aangewezen zijn, is er uiteraard maar één tegelijk actief. De ander neemt het, zodra een van de spelers de helft van de partij gepasseerd is, over. De arbiter die nog in de wachtkamer zit om af te lossen, kan nog even ontspannen, maar dient wel stand-by te zijn. Ook de afgeloste arbiter dient attent te blijven. Het kan immers voorkomen dat de arbiter-aan-de-tafel even een beroep op zijn waarneming doet.

Behalve de arbiter-aan-de-tafel mag niemand zich met de leiding van de partij bemoeien. Een terechte bepaling. Uitsluitend de arbiter beoordeelt of een carambole geldig is. Aan de andere kant natuurlijk is het ook weer zo, dat niemand onfeilbaar is.
Ook een arbiter is maar een mens. Het kan dus voorkomen dat de speler denkt dat de arbiter zich in zijn beoordeling vergist. Je kunt ook regelmatig zien (en horen) dat een speler een andere mening toegedaan is dan de arbiter. Dat mag. Een speler is tenslotte belanghebbende. De reglementenmakers hebben daar uiteraard in voorzien. Bij twijfel aan de juistheid van de beslissing mogen zowel de aan de beurt zijnde speler als de niet aan de beurt zijnde speler één keer aan de arbiter vragen vragen om zijn beslissing nog eens te heroverwegen. Dat is soms makkelijk, soms wat minder makkelijk.
Als het om een blijvende positie gaat, zoals bijvoorbeeld vastliggende ballen of een bal die op of over een lijn ligt, is het nog niet zo moeilijk. De arbiter bekijkt de situatie nog eens goed en neemt vervolgens zelf de definitieve beslissing.

Een ander verhaal wordt het als de situatie niet meer te controleren is. Bijvoorbeeld of de bal raak of mis was. Van alle in twijfel getrokken arbitrale beslissingen is dit wel veruit de meest voorkomende.
Soms is het ook best moeilijk. Soms is het maar nauwelijks te zien. De goede arbiter zal daarom altijd proberen om zich zó op te stellen dat hij het zo goed als maar mogelijk is, kan zien. Maar voor iemand die van een paar meter afstand en vanuit een andere hoek kijkt, kan het er heel gemakkelijk anders uitzien. Als er dan aan de juistheid van zijn oordeel wordt getwijfeld, kan de arbiter zich best wel eens afvragen of hij zich misschien vergist kan hebben. Of even afgeleid was. Of heel misschien toch niet op de beste plek stond. De speler mag verwachten dat de arbiter zo’n verzoek om heroverweging serieus neemt. De arbiter mag daarom, als de situatie niet meer controleerbaar is, de mening van de tweede arbiter vragen. De tweede arbiter mag zich, evenmin als anderen dat mogen, nooit ongevraagd mengen in de arbitrage. De arbiter-aan-de-tafel dient het altijd eerst te vragen.

Natuurlijk gebeurt dat soms heel subtiel. Terwijl de arbiter zich het gebeurde weer voor de geest haalt kijkt hij even naar de tweede arbiter. Dat oogcontact kan voldoende signaal zijn. Maar als, zoals onlangs het geval was, de speler dat niet in de gaten heeft en er van uitgaat dat de tweede arbiter zich ongevraagd met de arbitrage bemoeit en vervolgens luidkeels roept dat dat niet mag, dan moet het eigenlijk niet nodig zijn dat de tweede arbiter zich verdedigt. De arbiter-aan-de-tafel dient duidelijk te maken dat hij er om verzocht door middel van oogcontact. Hij voorkomt er zo totaal onnodige discussies en misverstanden mee.

Bron: Biljart totaal (juni 2016)
Auteur: Piet Verhaar
Email: pietvangerte@hotmail.com

*** Ballen verwisseld, altijd vervelend *** Index *** september 2016 ***

Digiprove sealDe inhoudt op deze pagina van bv b.e.j.a. is Digiproved © 2016
Facebooktwitterpinterest

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *